Bijna een jaar geleden is Rokatec verhuisd naar een nieuw bedrijfspand op Landzigt 36 in de Meern. Dit is een pand met een verhaal. We zijn in gesprek met architect Jeroen Hilhorst die het ontwerp heeft gemaakt en die ook als bouwmeester betrokken is geweest bij de nieuwbouw.
Ongeveer 2 jaar geleden ben je begonnen met het ontwerp van het pand voor Rokatec. Kun je iets vertellen over waar je begint? Hoe gaat dat in zijn werk?
“Een contact met een klant begint altijd met een goed kennismakingsgesprek. Dit is echt belangrijk. De klant heeft vaak een idee of richting in zijn hoofd maar het is de kunst om deze gedachtegang goed te interpreteren.
Al tijdens dit gesprek, waar vaak een enorme vloed aan informatie wordt uitgewisseld, denk ik vaak; Wat zegt die man eigenlijk, wat wil hij echt? Er is tijd nodig om dit te laten bezinken om zo een goed vertrekpunt te krijgen om vanuit te gaan ontwerpen. Ideeën ontstaan bij mij heel snel en vaak al vóór het eerste gesprek. Dit gaat eigenlijk automatisch. Je moet dan denken aan sfeerbeelden die passen bij de klant, de locatie of het plan. Voor Rokatec was dat snel duidelijk; hier komt een industriële sfeer heel goed tot zijn recht.”
Met welke belangrijkste factor moest je rekening houden tijdens het ontwerpen?
“Kort en bondig; Dit was de ambitie van de klant. Dit project is ontstaan om het bedrijf in te richten voor de lange termijn waarbij ingezet is op groei. Deze groei heeft natuurlijk gevolgen voor de inrichting en de processen. En dit heeft weer direct te maken met het ontwerp van het pand. Hoe lopen de logistiek stromen? Wat is de juiste positie van de afdeling Design en Engineering? Hoeveel ruimte reserveer je voor uitbreiding?
Het was de kunst om de juiste keuzes te maken; wat ga je wel doen en wat niet. Belangrijk is dan om op tijd te stoppen met ideeën spuien; concreet worden.”
Eén van de zaken die het meeste energie kost is het behalen van het kwaliteitsniveau dat we voor ogen hadden.
Hoe heeft dit zich vertaald in het ontwerp?
“De fysieke scheiding tussen logistiek en Engineering bijvoorbeeld. Logistiek moet het operationele proces ongestoord kunnen volgen, terwijl Engineering maximaal flexibel moet kunnen zijn.
Schuin door het gebouw, op de Noord-Zuidlijn, loopt een lichtstraat met aantrekkelijk veel daglicht. Een midden-gang is doorgaans de meest efficiënte manier om kantoren te ontsluiten. Maar voor de ‘dwarsverbanden’ in deze organisatie werd een normale gang al snel een barrière. Door de gang te vergroten en er functies aan toe te voegen werkt het nu juist als bindend én representatief element.
De constructieve elementen zijn allemaal in het zicht gelaten. De opvallend witte stalen constructie in combinatie met ruw beton en de elektrotechnische installaties geven een industriële look. Centraal staat de eikenhouten cilinder met een doorsnede van 8 meter die veel functionele en sfeervolle aspecten verenigt. Verder is alles ‘clean’. Op deze manier is het gelukt om de transparante werkwijze te visualiseren, waar Rokatec voorstander van is.”
Je bent heel intensief betrokken geweest bij de bouw. Het ontwerp is dan natuurlijk al klaar, wat is toen je rol geweest?
“Rokatec en OOG architectuur hebben besloten om gezamelijk als hoofdaannemer op te treden. Dus als architect liep ik later ook rond als bouwmeester op de bouwplaats. Dit is een intensief traject waarbij je continue scherp moet zijn op de planning. Eén van de zaken die het meeste energie kost is het behalen van het kwaliteitsniveau dat we voor ogen hadden.
In praktijk komt het er op neer dat je vaak opnieuw het wiel moet uitvinden. Dit pand is maatwerk. Het is totaal anders dan het voorbereiden van een serieproductie waar het proces tot in de puntjes duidelijk moet zijn, tot en met de laatste stap. Je kunt het proces vergelijken met het maken van een prototype; als je ergens tegen aan loopt dan ga je door en je lost het gewoon op.”